woensdag 4 december 2019

Rosa Wouters: Cirkel van Liefde

Dit is een gedeelte uit het boek van Rosa Wouters
 cirkel van Liefde


Ik merkte tot mijn verbazing dat ik niet langer probeerde anderen te overtuigen. Waarschijnlijk omdat ik voor mezelf geen overtuiging meer hoefde. Mijn gedreven praten over liefde, over wat daardoor wordt, over hoe ik haar zag en in zou passen in mijn leven, was een ‘weten’ geworden. Op een rustige manier wou ik nog wel meedelen en getuigen, maar verder ging ik niet.

De ervaring had me geleerd dat wie me begreep, geen uitleg meer behoefde, want die wist vanuit zichzelf. En voor wie niet wist, was begrijpen onmogelijk. Wat overtuigen zinloos maakte.

Ik voelde me niet langer aangevallen of bedreigd door wie daarover met me in discussie ging. Omdat er geen flard van twijfel in mijn hart overbleef.
Je kan niet ‘een beetje’  weten van liefde. Omdat liefde niet in beetjes op te delen valt. Wie van liefde weet, kent haar totaal. Haar inwijding is eenmalig en haar kracht onomkeerbaar. Haar mogelijkheden onuitputtelijk.
Dus weet je alles van liefde of helemaal niets. Een tussenweg is er niet omwille van hoe ze is en van wat ze verwezenlijkt in wie haar in zich draagt.
Ze is je kind dat jij koestert en de moeder die jij verzorgt.
Al wat je leeft, leef je in haar naam.
Al wat je denkt, toets je aan haar geest.
En al wat je voelt, offer je op haar altaar.

Liefde is voor mij al lang geen werkwoord meer. Het is geen handeling. Eerder een totale afwezigheid van handelen.

Dat heeft niets met passiviteit te maken. Enkel met loslaten. Loslaten als mantra tot het bereiken van haar Kracht.
Niets of niemand bezitten. Verwachtingen, bedenkingen en angst achter je laten. Dat is wat ze van je wil.

En dan beloont ze je rijkelijk. Met blijheid en opwinding. Met spel en ernst en vertrouwen. Zelfs met momenten van extase en volmaakte harmonie. Want alles schenkt ze aan wie haar mantra van loslaten bidt.

Maar als mijn jarenlange ervaring in mijn werk me iets heeft bijgebracht, dan is het juist de ontdekking dat ontzettend veel mensen bijna gek worden van angst, enkel bij de gedachte aan worden als ‘loslaten’ of ‘verandering’. Hoe ziek of ongelukkig ze zich ook voelen, hoe vernederd of gekwetst, het oude is gekend. En dus op een manier veilig. Een schijnveiligheid weliswaar. Maar die leugen nemen ze er graag bij. Letterlijk alles willen ze erbij nemen, als de dreiging voor verandering maar wijkt!
Liever klampen ze zich vast aan hun pijn en hun verdriet en hun armoe en hun eenzaamheid. Paradoxaal genoeg is immers wie vasthoudt aan bezit juist het armst. En wie zich vastklampt aan de ander vaak het meest eenzaam. En betekent rijkdom niet altijd rijk.
En relatie niet altijd samen. De strijd om het behoud van wat dan ook is daarom altijd een vruchteloze strijd. Want het gevecht om iets wat niet van jou is, verlies je altijd. Terwijl wat echt bij je hoort, geen strijd behoeft. Eenvoudiger kan haast niet.

Dus angst om het verlies is een soort nutteloze angst. En elke handeling ter bescherming in die richting, hopeloos overbodig.


Leven is nooit statisch, maar een voortdurende beweging van veel en weinig, van blijheid en pijn, van geboorte en dood, van  samen en alleen en dan misschien weer samen…. En dus is echt Leven in al zijn dynamische verscheidenheid, synoniem voor Verandering.