MARIA MAGDALENA:
DE GODDELIJKE AANWEZIGHEID IN JEZELF VIND JE IN DE TEMPEL VAN PURE LIEFDE
Op deze bijzondere dag deel ik graag deze liefdevolle woorden (ontvangen tijdens onze vorige Lichtcirkel). Laat je maar raken en herinner je maar ...
"Hand in hand liepen we naast elkaar over het stoffige pad. Eigenlijk wilden mijn voeten niet meer verder lopen. Maar ik wist dat we de bescherming nodig hadden van onze vertrouwde plek. De zon brandde op mijn kruin, mijn haren plakten op mijn voorhoofd en mijn keel voelde droog en rauw aan. Ik zag er tegenop om toe te laten wat me zo hoog zat. Maar mijn geliefde Yeshua gaf me in stilte het vertrouwen dat we ook deze keer weer gesterkt terug zouden komen van onze plek.
We knielden bij de bloemen, die in de droogte toch hun volle kleurenpracht wisten te behouden. Ze leken me te zeggen: "Kijk, de kracht komt van binnenuit!". Dankbaar probeerde ik naar ze te glimlachen; ze wisten me altijd weer te herinneren aan de kracht om te bloeien, ongeacht de omstandigheden.
Toen zei zijn stem: "Kom maar, mijn witte duif. Leg je hoofd maar in mijn handen."
Ik draaide me om en vond zijn ogen. Oh, het was de Liefde van de Bron zelf die mij aankeek. Wat had ik dáár een behoefte aan! Ik voelde me zo in de war, zo zwaar en mistroostig. De wereld om mij heen was op dit moment te veel. Iedere hardheid kwam binnen, met ieder geluid voelde ik mijn zenuwstelsel nog meer verkrampen. Hoewel ik aan deze momenten gewend was geraakt, konden ze me nog tijdelijk de moed doen verliezen.
Ik zag hoe Yeshua heel voorzichtig zijn hand naar mijn wang toe bewoog. De brok in mijn keel nam toe. En terwijl ik mijn ogen sloot, omdat ik niets anders meer kon dan mij te wenden naar de pijn die zich in mij verzameld had, voelde ik de warmte van zijn hand naderen. Tranen begonnen over mijn wangen te rollen. Ik gaf me totaal over aan de golven die in mij omhoog welden, want ik wist dat Vader en Moeder God bij ons waren.
Het was veel meer dan de huid van zijn hand die de huid van mijn wang raakte. Ik werd door iets veel groters aangeraakt, dat maakte dat ik mij van binnenuit kon openen. Eindelijk kon ik weer toestaan dat ik samenviel met de grote Liefdesbron. De weerstand die ik had gevoeld, de muur die ik had gebouwd om mezelf te beschermen werd steen voor steen afgebroken.
Terwijl ik Yeshua zachtjes hoorde zeggen: "Kom maar, je weet dat je veilig bent" maakten de kreten van pijn zich los uit mijn buik. Als golven spoten ze omhoog, mijn keel uit. Innerlijk kwamen de beelden voorbij van die ochtend. Ik zag opnieuw de kinderogen vol angst, de vrouwen die leden onder de dreigingen en het geweld dat zich onophoudelijk bleef herhalen, en de mannen, die zó veel verloren hadden in de strijd om het leven van zichzelf en hun geliefden te behouden dat ze niet anders konden dan hun hart volledig te sluiten.
Samen huilden we, Yeshua en ik, om de pijn van de wereld die we niet konden wegnemen. Ja, we droegen het wel, de pijn van anderen. Gelukkig hadden we elkaar, om elkaar er steeds weer aan te herinneren dat we niet de pijn waren. Steeds opnieuw, wanneer ik bij het weten kon komen van de Goddelijke taken die we op ons hadden genomen, voelde ik me bemoedigd om door te gaan. Als ik dat niet had gehad, dan weet ik niet of ik dit had kunnen volhouden.
Terwijl ik in zijn armen lag te schokken, en zijn zachtheid toeliet in de verkramping in mijn lichaam, begon de pijn wat af te nemen. Mijn hoofd rustte nog in zijn rechterhand, die nat was van mijn tranen. Met zijn linkerhand streelde hij mij over mijn rug, steeds opnieuw, van boven naar beneden. Ik wist dat ook hij besefte wat hij deed; het was meer dan alleen maar strelen. Uit zijn handen stroomde er een Liefde die alles opende wat zich had gesloten. Het was niet 'zijn' Liefde; het was de Liefde van onze Goddelijke Vader en Moeder, het was de Liefde van heel het Universum. Op dit moment was al die Liefde in zijn hand aanwezig en op mij gericht, waardoor ik mezelf kon bevrijden van alles wat ik droeg, maar wat niet van mij was.
"Keer je maar naar het Licht, mijn witte duif. Jij bent niet de pijn. Laat het Licht van onze Goddelijke Vader en Moeder er maar in stralen." Ik ging nog dieper mijn lichaam in en voelde dat er een grotere Wil was die mij leidde. Toch was er daarnaast nog steeds een tegenkracht, van mijn menselijke twijfels. Maar ik wist wel dat de andere kracht groter was. Dat bleef ik innerlijk beamen, totdat ik bij de Rozenpoort aankwam.
Altijd weer zag ik een Rozenpoort. Misschien omdat de klank van het woord mij herinnerde aan mijn verblijf op Venus, in de Tempels van Liefde. Maar nu was het de plek boven mijn hartchakra waar ik altijd verwelkomd werd door mijn hemelse Zusters en Broeders. Innerlijk zag ik hoe zij een haag om mij heen vormden en hun volle Licht door me heen lieten schijnen. En hardop zei ik, zoals ik iedere dag opnieuw deed: "Ja, Ik Ben. Ik ben een Tempel van pure Liefde, waarin ik de Goddelijke Aanwezigheid in mijzelf kan vinden."
Het werd stil om ons heen. Muisstil. Onze tranen droogden langzaam op in de zon. Mijn lichaam lag nu languit in het dorre, warme gras; het was in een grotere schoot opgenomen. De pijn voelde ik niet langer. Mijn verwarring was weg. Ik was weer één met de Goddelijke Aanwezigheid in mijzelf.
Vanuit deze verbinding kon ik zien dat alles goed was zoals het was. Zelfs het leed dat zich om ons heen steeds herhaalde; zelfs dat kon ik laten voor wat het was. Het was een eigen keuze van de mensen om hun blik gericht te houden op de wereld van pijn. Maar wij, Yeshua, mijn geliefde Zusters en Broeders en ik, konden en wilden niet anders dan onze beloftes na te komen die in het Heilige der Heiligen van onze Tempels klinken. We hebben de Weg naar pure Liefde nooit verlaten. Hoe veel het ook van ons vroeg: altijd weer was daar het diepe weten dat de Goddelijke Aanwezigheid in onszelf huisde, in de Tempel van pure Liefde die Wij Zijn.
Yeshua richtte zich op. Met zijn blik naar de helderblauwe lucht boven onze hoofden voelde ik zijn dankbaarheid de wereld in stromen. Oh, hoe kan ik jullie vertellen hoe heilig en dierbaar deze momenten voor ons waren? Het waren de momenten waarop we samen konden zijn en zagen hoe alles weer één werd. Het waren gouden lichtpunten in ons leven waardoor Yeshua en ik beiden wisten, zekerder dan ooit, dat ooit de Hemel weer op Aarde zou terugkeren. Eerst in de harten van de mensen, en dan ook zichtbaar gemaakt, vanuit de kracht die alle bloemen doet bloeien.
Dat jullie daar nu aan bijdragen, vanuit jullie Tempels van Liefde, geeft ons een gevoel van ontroering. Dat is bijzonder, omdat dat een gevoel is dat vooral vanuit een menselijk lichaam ervaren kan worden. Maar in de komende dagen zijn we met velen van jullie hemelse Zusters en Broeders dichter dan ooit bij de Aarde, terwijl we ons met jullie verbinden. Deze verbinding is intenser dan ooit, mede vanwege de duisternis die zich ten volle begint te tonen. Juist in deze dagen is er heel veel Licht nodig vanuit de dimensies waar wij mee verbonden zijn.
Onze dankbaarheid is groter dan ooit, om getuige te kunnen zijn van dat velen van jullie nu, net als wij toen, de Tempels van pure Liefde in zichzelf herontdekken. We zien jullie alles inzetten om je steeds vaker tot de Goddelijke Aanwezigheid in jezelf te kunnen wenden. Weet dat we in de haag van jullie geliefde Zusters en Broeders zullen staan, om zoveel mogelijk Licht en Liefde te laten schijnen op wat er in jullie herboren wenst te worden.
Met zachte armen vol Liefde omhelzen we ieder van jullie. Weet je genoeg, gekend en geliefd, altijd en op ieder moment. We moedigen je aan om je Tempel van pure Liefde zo vaak mogelijk te bezoeken.
Ik groet jullie, mede namens Yeshua, vanuit mijn Hart"
♥♥ Maria Magdalena